Naamkunde

Wat betekenen onze plaatsnamen en waar komen onze familienamen vandaan? Dat zijn de centrale vragen waar de naamkunde of onomastiek een antwoord probeert op te zoeken. De cursus naamkunde behandelt in 11 lessen een inleiding tot de Vlaamse toponymie en antroponymie.

Om zich te kunnen oriënteren, heeft de mens altijd al namen gegeven aan plaatsen in zijn omgeving. Die plaatsnamen werden niet zomaar uitgevonden, maar gaan terug op elementen uit de toen gangbare, dagelijkse woordenschat, waarmee een zinvolle, beschrijvende uitdrukking tot stand kwam. De toponymie gaat met andere woorden op zoek naar de oorspronkelijke of etymologische betekenis van een plaatsnaam. Dat leidt niet enkel tot inzicht in onze historische taalkunde, maar evenzeer tot kennis over onze vroegste bewoningsgeschiedenis. We bekijken niet alleen de nederzettingsnamen van de prehistorie tot de late Middeleeuwen, maar ook de microtoponymie van een dorp zoals terreinnamen, waternamen en straatnamen.

In het tweede deel van de lessenreeks wordt de Vlaamse antroponymie behandeld. We verkennen de evolutie van voornaam over bijnaam tot familienaam. We leren de oorspronkelijke betekenis van familienamen bloot te leggen en hoe we die kunnen indelen in categorieën. Daarnaast zien we ook hoe bijvoorbeeld de morfologie of de spelling van de familienaam verraadt waar de oorspronkelijke naamdrager vandaan komt.

Lesgever - Brecht Persoons

Brecht Persoons studeerde in 2008 af aan de universiteit Gent als Master in de historische taal- en letterkunde met een scriptie over de toponymie van Sint-Goriks-Oudenhove tot 1650. Nadien was hij zes jaar aangesteld als leraar Nederlands en Duits in het GO! atheneum Geraardsbergen. Van 2017 tot 2022 was hij er directeur. Momenteel werkt hij als beleidsmedewerker bij Odisee Hogeschool. Ondertussen bleef en blijft hij historisch en toponymisch onderzoek uitvoeren voor onder meer het Zottegems Genootschap voor Geschiedenis en Oudheidkunde.

Praktisch